Vanochtend stuurde Gert Boeve, namens Horus, een e-mail naar kamerlid Michiel van Nispen (SP) als reactie op zijn amendement over beschermingsbewind. We vinden het belangrijk dat ook jullie, onze leden, deze e-mail lezen.
Je leest het amendement hier.
Gert Boeve:
"Met verbazing, teleurstelling én zorg heb ik kennisgenomen van uw amendement over beschermingsbewind (35 915 nr 9).
Laat ik beginnen met de door u genoemde perverse prikkel. In het kader van een lopend onderzoek in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid door onderzoeksbureau SEO naar de financieringssystematiek en bekostiging bij schuldenbewind heb ik, als voorzitter van branchevereniging Horus, aangegeven dat ik graag hiervan af wil. Al was het maar, omdat de huidige financieringssystematiek met zich meebrengt dat sommige politici, zoals u, vermoeden dat bewindvoerders hun cliënten onnodig lang onder bewind houden. In die zin vinden wij elkaar. Wel merk ik hierbij op dat de huidige financieringssystematiek zo vormgegeven is, om de administratieve lasten voor cliënten, hun bewindvoerders en de eventueel meebetalende overheid, zo beperkt mogelijk te houden. Elk ander systeem zal kostenverhogend werken.
Mijn verbazing, teleurstelling en zorg zit in de gevolgtrekking van uw constatering. Namelijk verbindt u er het voorstel aan dat voortaan gemeenten zelf beschermingsbewind gaan uitvoeren en dat beschermingsbewindvoerders verder onder toezicht van de gemeenten hun werk moeten doen. Horus vindt beschermingsbewind, net als u, een vergaande maatregel. Wij vinden het dan ook van belang om te benadrukken dat, omdat het zo’n vergaande maatregel is, beschermingsbewind niet voor niets door een rechter opgelegd wordt en dat elke bewindvoerder jaarlijks verantwoording aflegt bij de rechter. Rechters besluiten ook jaarlijks of een bewindvoerder nog benoembaar is. Uw amendement roeit door deze verantwoordings- en controlesystematiek heen. Bent u bekend met deze systematiek? Mocht u vinden dat meer of anders toezicht gehouden moet worden, dan moet u dát regelen. Als Horus staan wij open voor gesprek.
Beschermingsbewind is een echt vak, wat niet iedereen kan en ligt. Graag nodig ik u uit om bij een van de leden van Horus op werkbezoek te komen, om dit zelf te ervaren. Helaas wordt daar soms makkelijk over gedacht – door nieuwkomers in de branche, maar ook door gemeenten. Zo is de gemeente Deventer niet voor niets ontslagen als bewindvoerder – zie daar trouwens de toegevoegde waarde van onafhankelijk toezicht! Het is ook niet onze ervaring dat gemeenten vaak ingewikkelde dossiers moeten oplossen, omdat ‘commerciële bewindvoerders de “moeilijke” zaken laten liggen’. Sterker, wij zien bij Horus juist vaak het omgekeerde, dat juist gemeenten relatief makkelijke dossiers oppakken en moeilijke dossiers doorschuiven naar een bewindvoerder. U verwijst naar de Dordtse aanpak. Wij hebben hiervan ook kennisgenomen. Wat wij zien, is dat sommige gemeenten cliënten onder het motto ‘effectief en efficiënt’ het liefst zo snel mogelijk naar ‘lichtere’ vormen, zoals budgetbeheer brengen. Maar hoe effectief is dit? Wij zien in toenemende mate dat cliënten na een paar jaar terugkeren onder bewind. Dat is niet effectief én helpt deze kwetsbare bewoners ook niet. Bovendien zijn gemeenten en budgetbeheerders onder regie van gemeenten niet goedkoper, terwijl financiële overwegingen vaak wel een grote rol spelen (zo werft Dordrecht bewindvoerders in schaal 9; een schaal die bewindvoerders helaas niet kunnen betalen aan hun medewerkers). Wij zien overigens ook wel dat gemeenten leeglopen op bewind en delen hun zorgen en frustraties. Wij zijn dan ook voor een andere financiering van bewind. De bijzondere bijstand is bedoeld voor ‘bijzondere’ gevallen en daar hoort bewind niet bij. Het lopende onderzoek van SEO zal daar ook een antwoord op moeten geven, wat Horus betreft.
Ik vind – tot slot – uw voorstel ook ernstig bezwaarlijk, omdat u voorbijgaat aan de bedoeling van beschermingsbewind: namelijk het bewaken en beschermen van (de financiële belangen van) diegenen die zo kwetsbaar zijn, dat ze zelfs tegen zichzelf beschermd moeten worden. Beschermingsbewindvoerders staan enkel voor de belangen van hun cliënt en niet voor die van derden. Niet zelden is juist de overheid een belangrijke veroorzaker van de financiële problemen waar onze cliënten mee te maken hebben. Ik hoef u in dat kader alleen maar te wijzen op de toeslagenaffaire. Deze kwetsbare Nederlanders verdienen een eerlijke en onafhankelijke belangenbehartiger – geen uitvoerder van of namens de overheid!
Het hoeft dan ook geen betoog dat ik u verzoek om uw amendement in te trekken. Een verdiepend gesprek ga ik graag met u (en uw collega’s) aan – al dan niet tijdens een werkbezoek aan een van onze leden. Graag verneem ik uw reactie en van uw belangstelling."