Lobbyagenda

Horus is geen uitzondering op dit spreekwoord. Branchevereniging Horus behartigt naast de collectieve belangen, ook deelbelangen en zelfs individuele belangen van leden. Als het aankomt op belangenbehartiging, dan is de stijl van Horus niet om steevast met de vuist op tafel te slaan. In tegendeel: Horus zal altijd eerst de samenwerking zoeken. Wanneer je elkaar in elkaars belangen kunt vinden, kom je het verst. Maar Horus is geen tandeloze tijger. Als het nodig is, zijn we scherp. Wél scherp op de inhoud, niet op de man.

Horus lobbyt gericht. En niet op alles. Want dat is niet alleen ineffectief, maar ook niet realistisch vanwege de inzet die geleverd kan worden. Horus zet vooral lobbykracht in als iets een groter aantal leden raakt. De mate van urgentie en belangrijkheid bepaalt in grote mate onze inzet. Wij doen dat aan de hand van een lobbyagenda, die bijgehouden wordt.

Op de agenda staan onder meer deze onderwerpen:

Beschermingsbewindvoerders en hun cliënten hebben te veel last van slechte dienstverlening door banken. Het duurt te lang voordat banken rekeningen beschikbaar stellen (of ze doen het helemaal niet), de wachttijden voordat je iemand te spreken krijgt, zijn erg lang (geregeld worden wachttijden van langer dan een uur gemeld) en daarnaast verhogen de banken hun kosten enorm. Het is bekend dat banken zelf last hebben van wet- en regelgeving (onder andere om fraude tegen te gaan), maar dat mag nooit betekenen dat beschermingsbewindvoerders hun werk niet kunnen doen. Langs verschillende sporen zetten wij ons daarom in: in direct gesprek met banken en de Nederlandse Vereniging van Banken, maar ook via het Landelijk Platform Bewind en daarmee het Rijk.

Horus heeft zich jarenlang ingezet voor dit onderzoek. Onderzoek doen is één, een goede uitkomst is twee. Belangrijk is dat het niet alleen gaat over de tarifering, maar ook over de taken van bewindvoerders. Wat willen alle betrokken partijen nu echt? Hoe waarderen onze stakeholders de inzet van bewindvoerders? Bewindvoerders weten en ervaren dat ze vaak vol in de wind staan. Gemeenten stellen ook allerlei aanvullende eisen en verwachten van bewindvoerders dat ze ook daaraan voldoen. Bewindvoerders willen van alles en soms doen ze ook meer dan de wettelijk bepaalde taak. Kort en goed: dit onderzoek, dat in 2022 wordt afgerond, is belangrijk voor de toekomst van onze branche. Wij zijn een actieve gesprekspartner voor de onderzoekers.

Met veel gemeenten werken we goed samen. Soms zijn we medepenvoerder voor het opstellen van convenanten. Vaker denken we mee. Sommige gemeenten kiezen echter niet voor samenwerking. Dan nog proberen wij in eerste instantie met hen in gesprek te komen. Dit deden we bijvoorbeeld in 2021 met Den Helder. Als gemeenten beleid inzetten waar wij het echt niet mee eens zijn, dan schuwen we de confrontatie niet. De gemeente Den Bosch is zo’n voorbeeld. In 2021 gaf de rechtbank Rotterdam ons gelijk; in 2022 wacht het hoger beroep.